Doel van deze wijzigingen is het reduceren van het energiegebruik van de gebouwde omgeving. In bijvoorbeeld 2008 gebruikten alle Nederlandse gebouwen alleen al 498 PJ aan aardgas, ofwel een volume van 1,4 miljoen zwembaden. Het besparingspotentieel is dus enorm, maar hoeveel gaan de wetswijzigingen bijdragen?
Een andere wijziging in het Bouwbesluit is de differentiatie van de isolatiewaarde van de gebouwschil, de Rc-waarde. Het Bouwbesluit vereist nu een minimale Rc-waarde van 3,5 m2K/W. Deze waarde blijft voor vloeren gelijk, maar gaat omhoog voor gevels (Rc ≥ 4,5 m2K/W) en daken (Rc ≥ 6,0 m2K/W). Met de hedendaagse hoogwaardige isolatie is een Rc-waarde van 6 m2K/W al haalbaar met een isolatiedikte vanaf 130 mm, in veel projecten zijn deze Rc-waarden nu al gangbaar. In combinatie met een goede kierdichting, goed isolerende kozijnen en hoogwaardig beglazing dragen de hogere Rc-waarden bij aan het beperken van het energiegebruik.
Voor nieuwbouwwoningen dient vanaf januari verplicht een definitief energielabel te worden aangevraagd. Ontwikkelaars, bouwbedrijven, verhuurders en woningbezitters kunnen het definitieve energielabel aanvragen via een internetapplicatie, die momenteel door het Rijk wordt ontwikkeld. De invoer wordt door een expert gecontroleerd, waardoor er geen oplevertoets nodig is. Het energielabel dient te worden overhandigd aan de gebouweigenaar, die juridisch eigenaar wordt van het energielabel.
Vanaf 1 januari 2015 krijgen alle woningeigenaren van bestaande woningen die nog geen energielabel hebben een voorlopig energielabel. Dit label is gebaseerd op bouwjaar en woningtype. Bewoners kunnen dit voorlopige energielabel vrijwillig definitief laten maken. Vanaf 1 januari 2015 is het definitief maken verplicht bij verkoop of verhuur. Het definitieve energielabel wordt volgens een nieuwe vereenvoudigde methodiek bepaald. Met deze vereenvoudigde methode kan maximaal een A label behaald worden. De methodiek is goedgekeurd door de Tweede Kamer en ligt nu ter goedkeuring bij de Europese Commissie. Daarnaast blijft ook een uitgebreide labelmethodiek (op basis van de 'Energie Index' EI) bestaan, maar deze wijzigt sterk.
Vanaf 1 januari wijzigt de rekenmethode voor energielabel, de EPA-W sterk, doordat de NEN7120 bestaande bouw wordt geïntegreerd met de ISSO 82. Hierdoor worden maatregelen anders gewaardeerd en kunnen huidige labels én labels na renovatiemaatregelen afwijken t.o.v. de huidige methode. Uit recent advieswerk van DPA Cauberg-Huygen blijkt dat de energielabels slechter kunnen uitpakken. Daardoor is het lastiger aan subsidievoorwaarden (bv. STEP-subsidie) of financieringsvoorwaarden te voldoen. Ook heeft een lager label direct effect op de huurinkomsten door de koppeling aan het WWS-punten systeem.
Doel van de energielabels is het inzichtelijk maken van het energiegebruik van een gebouw. Het energielabel zou de marktwaarde van energiezuinige gebouwen moeten verhogen. In de praktijk valt het effect hiervan vooralsnog tegen. Vooral bij koopwoningen speelt het label bij de aankoop een marginale rol. Door onder meer de koppeling met het huurpuntenstelstel worden de energielabels wel gebruikt door woningbouwcorporaties. Veel gehoorde klacht van hen is echter dat de energielabels nauwelijks een relatie hebben met het werkelijke energiegebruik.
Uit het voorgaande blijkt dat voor het realiseren van werkelijke besparing gekeken moet worden naar zowel gebouwgebonden als het gebruiksgebonden energiegebruik en dat het gebruik van een gebouw van grote invloed is. Bij renovatie is het dus belangrijk om breder te kijken dan alleen EPC of energielabel. Ook zonder ingrijpende maatregelen kan echter veel energie worden bespaard door het aanpassen van het gebruikspatroon.
Om hierop in te spelen heeft DPA Cauberg-Huygen voor woningen de tool Ezie ontwikkeld. Ezie maakt voor bestaande woningen en nieuwbouw het werkelijke inzichtelijk. Ezie laat de gebruiker zien wat het effect is van bouwkundige en installatietechnische verbeteringen aan de woning, voor zijn specifieke situatie. Zo kunnen de kosten en opbrengsten van duurzaam renoveren eenvoudig inzichtelijk worden gemaakt. Ezie geeft ook tips op maat voor besparing door het veranderen van het gebruikspatroon. Door bewuster met de woning om te gaan, kunnen bewoners vaak veel geld besparen, zonder dat dit ten koste gaat van het comfort. Ezie is gratis toegankelijk voor consumenten via www.ezie.com en op maat in te richten voor professionele partijen.
Daarnaast maakt DPA Cauberg-Huygen ook voor utiliteitsbouw de werkelijke energielasten inzichtelijk en zet deze af tegen de extra investeringen om het gebouw energiezuiniger te maken. DPA Cauberg-Huygen adviseert ook ten aanzien van strategisch gebouwbeheer en onderhoud. Door uit te gaan van het verwachte gebruik en de werkelijke rendementen kan DPA Cauberg-Huygen gebouw en installaties optimaliseren, zodat het werkelijke energiegebruik zo laag mogelijk is.